Voegafdichtingen en FOD-preventie
Beton is van nature niet flexibel en vertoont altijd neiging tot krimpen of uitzetten, wat scheurvorming kan veroorzaken. Vliegveldplatforms, taxibanen en start- en landingsbanen bestaan daarom vaak uit betonnen bestrating opgedeeld in secties (slabs) met uitzettingsvoegen. Deze voegen vangen de beweging op en voorkomen dat de bestrating barst.
De mate van krimp en uitzetting is afhankelijk van verschillende factoren, zoals het klimaat (inclusief temperatuurverschillen en zonintensiteit) en de dimensies van zowel de platen als de voegen. Een nauwkeurig ontworpen voegconstructie is van essentieel belang om overeenstemming te bereiken tussen de voegafmetingen en de betonafmetingen. Dit ontwerp is cruciaal om het risico op FOD te minimaliseren.
Deze uitzettingsvoegen dienen elastisch te worden afgedicht met het juiste afdichtingsmiddel om te voorkomen dat zand onder de constructie wegspoelt. Tevens waarborgen deze afdichtingen een vloeistofdichte verharding, wat bodemverontreiniging door potentieel gevaarlijke vloeistoffen zoals kerosine, olie en ijsbestrijdingsmiddelen voorkomt.
Er worden aanzienlijke eisen gesteld aan voegafdichtingen. Gedurende hun volledige levensduur moeten ze hechten aan de verhardingsconstructie en tegelijkertijd elastisch en vloeistofdicht blijven. Daarom dienen afdichtingsmiddelen bestand te zijn tegen:
- Veroudering door klimaatomstandigheden, zoals hitte, vorst, temperatuurschommelingen en zonlicht;
- Beweging door uitzetting en krimp van platen;
- Chemische belasting, waaronder kerosine, benzine, zuren en andere chemicaliën.